dinsdag 24 maart 2020

Blog 24: klussen tijdens de Corona crisis


Zo lieten we ons klushuis achter begin januari.

29 februari 2020

Sinds een maand woedt in China het Coronavirus en als blijkt dat het ook in Italië opduikt in de provincie Lombardije besluiten we een week voor vertrek onze reisroute aan te passen en dit keer door Oostenrijk te rijden om de Coronabrandhaarden in Lombardije te vermijden. 

29 februari 2020. Een dag voor vertrek boeken we ons overnachtingshotel dichtbij de Brenner. 

Zaterdagochtend 29 februari vertrekken we. De reis gaat voorspoedig. Onderweg zien we aan de andere kant veel files vanwege Nederlanders die terugkeren van wintersport, het is het einde van de voorjaarsvakantie. 


De route is prachtig en we zien veel mooie besneeuwde bergtoppen. We arriveren aan het begin van de avond bij Gasthof Rose in Graus am Brenner. We worden hartelijk ontvangen. Op de hotelkamer kijk ik via de BVN-app naar de uitzending van Wie is de mol op de iPad.

De volgende ochtend nemen we plaats in het authentieke, met hout beklede, eetzaaltje voor het ontbijt. We zien dat Gasthof Rose al heel oud is want in een vitrine ligt een gastenboek uit 1880. 


Na het ontbijt rijden we door naar San Pietro. Als we op zondagmiddag aankomen in San Pietro zien we dat hier nog weinig te merken is van het Coronavirus hier in de provincie Le Marche. Het restaurant aan de overkant van de straat zit vol voor de zondagse lunch, business as usual.

Wij laden de klusbus uit en maken het klushuis in orde. De volgende ochtend ben ik al vroeg wakker en zie een mooie zonsopkomst. Gelijk maar even wat foto’s maken van al dit moois. Daarna weer even verder slapen.  






Op maandagochtend gaat Peter gelijk aan de slag. Als het goed is komen deze vakantie de stukadoors en voordat ze komen moeten er nog wat zaken worden aangesmeerd met cement en de nis voor het Mariabeeld (zie blog 6) willen we nog bekleden met gips.

Ik ga eerst boodschappen doen. In de supermarkt kom ik Gino en Veronique tegen en automatisch omhelzen we elkaar om daarna gelijk te zeggen: “dat hadden we eigenlijk niet moeten doen vanwege het virus”. We kletsen even bij en spreken af om samen een etentje te plannen deze vakantie.


Als ik terug ben in het klushuis ga ik op zolder aan de gang om het lage gedeelte onder het dak vrij te maken van rommel en stof. Het is hier erg laag en ik lig soms op mijn buik om met stoffer en blik te vegen. In de toekomst kunnen we hier een berging van maken.


’s Avonds lezen we op internet het bericht dat heel Noord Italië oranje gebied wordt voor wat betreft het Corona virus. Gelukkig zitten we daar een paar honderd kilometer vandaan. 


Hoe zal dit verder gaan….vragen we ons af.

Peter smeert wat gaten dicht met cement en maakt de nis voor Maria van gips. Ook werkt hij de laatste dingen af op de vide van appartement 1.





Op woensdagochtend rijden we naar Arcevia om naar het gemeentehuis te gaan om iets te regelen voor het huis. De dame achter het loket vraagt hoe het in Nederland is gesteld met het Coronavirus. We zeggen dat het daar nog meevalt. Ze zegt dat het vooralsnog in de provincie Ancona ook nogal meevalt maar in de naastgelegen provincie Pesaro Urbino lopen de aantallen op. We vullen allerlei papieren in en moeten bij de tabakszaak aan de overkant een stempelsticker kopen voor zestien euro. Als we terugkomen in het gemeentehuis neemt de vrouw de stempel in en zegt dat we de volgende maandag terug moeten komen.
De rest van de week klussen we binnen en volgen we via onze mobiele telefoons het wereldnieuws over Corona. Verontrustende verhalen van duizenden besmettingen en honderden doden in Italië, de intensive care afdelingen in Noord Italië liggen overvol met Corona patiënten. Ook in Nederland zijn er besmettingen maar daar is nog geen reden tot paniek leggen de specialisten uit. Waarom zou dit in Nederland anders zijn dan in Italië, vragen we ons af maar we hopen dat ze gelijk krijgen.
In de bar lezen we in de Italiaans krant dat de Italiaanse president heeft opgeroepen elkaar niet meer te omhelzen ‘vietato abbracciarsi’. 


Er wordt gesproken over een drama voor de toeristische sector in Italië.
Op donderdag 5 maart, wanneer Peter de vuilnis aan de weg zet, ziet hij dat er sneeuw is gevallen op de bergtoppen in de verte. Het is prachtig zonnig weer en wanneer ik onderweg ga naar de supermarkt besluit ik een korte wandeling te maken in Loretello. Ik zie ons huis in de verte liggen, de vogels fluiten er lustig op los en alles is vredig en mooi. 







Wanneer ik terugkom in het klushuis is Peter bezig om de vloer te leggen op de vide van het tweede appartement.

Zo, eerst een lekker bakkie koffie buiten drinken. 

Het is heerlijk weer en we zien dat onze Amandelboom al in bloei staat. Ook de fruitboompjes staan er goed bij.

Op vrijdagavond 6 maart hebben we met Jan en Margreet afgesproken in restaurant Luna nel pozzo in San Lorenzo in Campo. Even weg uit het klushuis, even tutten en een avondje uit eten. 

De stoelen in het restaurant staan meer dan een meter uit elkaar, het restaurant is en blijft op ons na grotendeels leeg. Het is gezellig maar ook een rare gewaarwording. Hadden we dit etentje wel door moeten laten gaan, vragen we ons af... 

Thuisgekomen lezen we weer over de toegenomen aantal besmettingen in Italië, ook het dodental blijft oplopen.



De volgende ochtend zie ik de maan ondergaan bij Montesecco. 


Appartement 1 is klaar om gestuct te worden. 


Vandaag lezen we op internet dat de naastgelegen provincie Pesaro Urbino als rood gebied bestempeld. 

Dit betekent dat we maandag niet meer naar onze vaste supermarkt en bouwmaterialenhandel mogen gaan. Ook de nog geplande etentjes met vrienden worden gecanceld.

’s Avonds heb ik telefonisch contact met mijn manager op mijn werk op Schiphol, ook in Nederland begint het Coronavirus nu een issue te worden. Hij geeft mij aan dat ik in ieder geval niet zomaar naar het werk mag komen wanneer ik terug ben uit Italië en dat we contact houden bij terugkomst. Zoiets had ik al verwacht.


De volgende ochtend staan we om 06.00 uur op want rond 07.00 uur komen de stukadoors.



Om 07.15 uur staan de drie stukadoors bij ons op de stoep. Voor werk mag er nog gewoon gereisd worden tussen de provincies. Ze gaan het trappenhuis en appartement 1 stuccen.Terwijl de stukadoors bezig zijn besluiten we een andere supermarkt te bezoeken in onze eigen provincie Ancona en voor een week eten en drinken in huis te halen, je weet maar nooit of onze provincie ook binnenkort rood gebied wordt. Maar eerst gaan we terug naar het gemeentehuis in Arcevia. In Arcevia aangekomen wordt er in de bar alleen nog maar aan tafeltjes bediend en mag je niet meer aan de bar staan, om besmetting zoveel als mogelijk te voorkomen. Als we bij het gemeentehuis aankomen is de deur op slot en we bellen aan. De vrouw die opneemt vraagt waar we voor komen en zegt dat ze gaat overleggen. Even later zien we achter het glas naast de deur de vrouw verschijnen. Ze roept door het glas heen dat we later terug moeten komen, ze zijn gesloten wegens het Coronavirus. Diezelfde avond vlak voor het naar bed gaan open ik nog even een nieuwswebsite en daar zie ik het staan: Premier Conte kondigt aan dat heel Italië een rode zone wordt, Italië gaat vanaf morgen in Lock down. Alle winkels, restaurants en bars moeten dicht behalve de supermarkten en apotheken. Er worden allerlei bepalende maatregelen opgelegd. Wat nu? Gaan we terug naar Nederland of blijven we in Italië? We overleggen het samen en besluiten te blijven in ons veilige klushuis, we gaan in klusquarantaine en hopen dat we aan het einde van deze vakantie nog gewoon terug naar Nederland kunnen reizen.Ondanks dat er een nieuw decreet ligt voor heel Italië mag er blijkbaar voor werk nog wel worden gereisd want de volgende ochtend doen de drie stukadoors zingend en kletsend hun werk. We proberen allemaal wel een persoonlijke afstand in stand te houden maar dat is in dit grote klushuis niet zo moeilijk. 

Omdat we binnen de stukadoors mogelijk in de weg lopen en het mooi weer is, besluiten we om de muren van de schuur te gaan bouwen. Dit moet uiteindelijk onze fitnessruimte worden naast het zwembad. Peter metselt eerst een waterkering van steen waarop we het houten frame plaatsen voor de wanden.





Op woensdag komen de mannen van de ramenleverancier vier grote rolluiken plaatsen bij de appartementen. Hier zijn de ramen 240x120 cm en daarom hebben we gekozen voor elektrisch bedienbare rolluiken om zon buiten te kunnen sluiten in de hete zomers. 



Het plaatsen van de rolluiken gaat goed totdat de electradraad door de natuurstenen muren van buiten naar binnen moet worden geboord. Er moet vanaf beide zijden worden geboord en daarom is het extra lastig om daarna het electradraad erdoor te krijgen. Uren zijn de mannen bezig en uiteindelijk lukt het hen.



Af en toe geniet ik even lekker van het zonnetje.

De volgende dag ontvangen we van onze vrienden de noodzakelijke Italiaanse formulieren die we bij ons moeten hebben mochten we de straat op moeten om boodschappen te doen, of wanneer we weer naar Nederland gaan reizen. De formulieren worden in onze postbus aan de weg gedaan zodat we niet in contact komen met elkaar. Deze formulieren moet je kunnen tonen wanneer je door de politie zou worden aangehouden ter controle en hierop staat de reden vermeld waarom je je buitenshuis bevindt.

Wanneer ik hierna in mijn eentje naar de supermarkt ga heb ik de formulieren bij me. Ik ga alleen want we hebben begrepen dat er maar 1 persoon per huishouden boodschappen mag doen. Ik ben best een beetje zenuwachtig over deze nieuwe situatie van de Lock down waarbij je je zonder goede reden (essentiële boodschappen, doktersbezoek of ander noodgeval) niet op straat mag bevinden. Er is ook bijna niemand op de weg. In de supermarkt loopt bijna iedereen met een mondkapje op of een sjaal voor mond en neus. Bij de kassa zijn er met tape op de vloer strepen geplakt zodat de klanten afstand houden tot elkaar. Ik koop meer eten en drinken dan ik van plan was door deze situatie.
’s Middags zijn de stukadoors klaar met stuccen, althans voorlopig. Helaas hadden ze niet meer tijd om nog verder door te gaan met de oude muren van de school die ook nog moeten worden hersteld. Hier gaan we een nieuwe afspraak voor maken.Ondanks dat heel Italië in Lock down zit zijn er zaken die wel doorgaan. Zo komt er een paar keer per dag een lege bus voorbij van het openbaar vervoer. Want ja, dat moet natuurlijk wel doorgaan mocht er iemand van afhankelijk zijn om naar de dokter of apotheek te kunnen. En ook het vuilnis wordt gelukkig nog gewoon dagelijks opgehaald, al draagt de vuilnisman nu wel een mondkapje.’s Middags horen we dat Nederland nu ook maatregelen gaat nemen; zoveel als mogelijk thuiswerken wordt geadviseerd, de Brabanders zijn in sociale onthouding maar de scholen blijven open en alleen evenementen van meer dan 100 personen worden afgelast. Gaat dit voldoende helpen? Ondertussen lezen we tijdens een koffiepauze de horrorverhalen van de overvolle intensive cares in Noord Italië waar het personeel soms moet kiezen wie ze behandelen en oudere patiënten sterven eenzaam omdat hun familie er niet bij mag omdat ze zelf in quarantaine zitten. Inmiddels staat de teller in Italië op 18000 besmettingen en 1300 doden. Weer overwegen we wat te doen, terug naar Nederland of blijven maar we voelen ons veilig in ons klushuis en dus blijven we. Het is natuurlijk ook een prachtige plek om in quarantaine te zitten.

 ’s Avonds eten we zelfgemaakte tiramisu om te vieren dat Rosso vandaag vier jaar is geworden. 


We bespreken hoe we straks na de vakantie Rosso kunnen ophalen zonder contact te hebben met zijn oppassers, mijn schoonouders. Ook hebben we alvast telefonisch contact met mijn schoonouders en met mijn moeder. Ze zijn al boven de tachtig en we zeggen hen dat wanneer we terug zijn uit Italië we een tijd niet langs zullen komen om zeker te weten dat we hen niet kunnen aansteken. Ook als we zelf nog geen klachten hebben willen we deze voorzorgsmaatregel nemen.


Vrijdag 13 maart. We staan extra vroeg op om aan de schuur te bouwen en zetten in 1 dag alle muren samen. 



Tussen de middag zien we dat onze overbuurman, de oude pastoor even buiten wandelt in het zonnetje. We roepen naar hem vanaf de overkant: Hoe is het met u? Hij antwoordt: ”Ik ben bang, ik ben bang dat ik het Coronavirus zal krijgen en dood zal gaan”. Ook geeft hij aan dat het alsmaar thuis moeten blijven hem zwaar valt. Uiteraard antwoorden we hem dat als hij iets nodig heeft, hij maar hoeft te roepen en dat we hem dan komen helpen. Dit wordt gewaardeerd met een glimlach en een bedankje.

Aan het einde van de middag tillen we nog even 12 grote OSB platen samen vanaf boven aan de weg naar het zwembadterras. Hier zal de binnenkant van de schuur mee worden bekleed. We zijn ’s avonds gesloopt maar tevreden. 


Zaterdag 14 maart. Peter gaat vandaag alle 12 grote OSB platen op maat zagen en de binnenkant van de schuur ermee bekleden. Ik ben de hele dag in huis bezig om in ons woongedeelte nieuwe stucstop op de vloeren te leggen en alle gipsresten en vuil weg te halen die de stuccers hebben achtergelaten. Na een lange dag werken is het klushuis weer meer bewoonbaar en schoon.








Zondag 15 maart. Weer een prachtige zonnige dag. Vandaag gaat Peter de cementborden van Aquapanel stuccen van de schuur om een duurzame finish te krijgen. Later zullen we de wanden in dezelfde kleur geel verven als het huis.




De laatste week van onze klusvakantie blijft het prachtig zonnig weer. Helaas is er soms wel een koude wind en dan trek ik mijn klustrui maar weer aan. Maar op andere momenten zitten we in onze t-shirts en zoeken we juist de schaduw op omdat je in de zon al snel zit te zweten tijdens de koffiepauzes.


Met een mengsel van zaagsel en houtlijm stop ik alle schroefgaatjes dicht van de binnenmuren van de schuur. Later zullen deze houten wanden wit worden geschilderd. 


Peter gaat verder om de muren van de badkamer in appartement 2 te bouwen. Ik ga alle ramen van het huis aan de binnen- en buitenkant schoonmaken. Wat zijn deze vies geworden de afgelopen tijd. Voor het behoud van de kozijnen maak ik ze schoon.
Ook plaatsen we de zelfgemaakte kelderdeur en de schuifdeur naar onze eigen toekomstige badkamer op zolder.





Het is een vreemde week. In ons hoofd zijn we al bezig met de terugkeer naar Nederland. Hoe zou de situatie in Nederland zijn? Hier in de Lock down in Italië voelen we ons veilig maar in Nederland is alleen het advies thuiswerken. We nemen wederom contact op met onze werkgevers. Ik hoor van mijn manager dat ik tot 6 april moet thuiswerken (dit conform de maatregelen van het kabinet). Op dinsdag krijgt Peter uitsluitsel van zijn ploegchef in Nederland. Ze hebben zijn casus besproken en als hij geen koorts heeft of andere klachten na thuiskomst kan hij gewoon gaan werken bij de Brandweer in 24-uursdienst.  Hierop besluiten we aan het einde van de week in één keer terug te rijden naar Nederland over Zwitserland.  

Maar eerst nog een paar dagen klussen en opruimen. Peter doet nog zoveel als mogelijk in appartement 2.





Op woensdag ga ik weer boodschappen doen. De afgelopen tijd waren we aan huis gekluisterd door de Lock down, 1 persoon per huishouden mocht alleen naar de supermarkt voor boodschappen met een formulier indien je gecontroleerd zou worden. Ik besluit om deze keer toch ook maar een mondkapje mee te nemen voor het geval dat. Bij de supermarkt aangekomen zie ik dat er klanten voor de deur staan met mondkapje. Ik doe ook mijn mondkapje op en ga voor de winkeldeur staan. Als er een klant naar buiten komt wenkt de kassière dat ik naar binnen mag. Voor de deur staat een grote doos met plastic handschoenen met een briefje erop met het verzoek om handschoenen aan te doen. Er mogen maximaal 3 personen tegelijkertijd in de supermarkt zijn (terwijl het toch best een grote supermarkt is). Iedereen draagt mondkapjes en handschoenen. Als ik weer naar buiten kom met mijn winkelkar staan er veel mensen geduldig te wachten (allemaal met mondkapjes op en handschoenen aan), iedereen twee meter uit elkaar  totdat er weer iemand naar binnen mag. Rare gewaarwording maar op één of andere manier voelt dit wel veilig alsof je op die manier toch controle hebt over het coronavirus.

Als ik terug ben in het klushuis bak ik een appeltaart. Als er dan geen gezellige etentjes met vrienden gedaan kunnen worden deze vakantie moeten we er zelf maar een feestje van maken.


Vrijdag 20 maart 2020.

Weer een prachtige zonsopkomst vanmorgen. 

Alsof er niets aan de hand is in deze rustige landelijke omgeving van ons klushuis. De vogels fluiten en al vroeg zitten we buiten aan de koffie in het zonnetje, het is 19 graden. 

De laatste klusdag, morgen opruimen en zondag de terugreis....we gaan het zien. De dame van de ANWB zei vanmorgen aan de telefoon dat ik maar Twitter in de gaten moet houden want ze kon geen antwoord geven of de grenzen open zullen zijn.


Onze vrienden hebben voor ons de nieuwe Italiaanse formulieren en ook de Franse formulieren geprint. Ook Frankrijk is nu in Lock down en ook daar mag je alleen met een formulier de straat op.


Zaterdag 21 maart 2020


Als we ’s ochtends aan de koffie zitten  roepen we naar de overbuurman, de oude pastoor, die aan de overkant van de straat staat dat we de volgende dag naar Nederland gaan. “Maar waarom?!”, roept hij terug. We leggen uit dat we weer moeten werken en niet weten wanneer we weer terug zullen kunnen komen door de Corona crisis. We wensen de oude pastoor alle gezondheid toe en tot ziens. “Ciao, ciao”,  roept hij.
We ruimen het klushuis op en pakken alle kleding en vuile was weer in. Er gaat veel schone kleding mee terug dat eigenlijk was bedoeld voor gezellige etentjes met vrienden maar die zijn door de Lock down helaas niet doorgegaan.



’s Avonds is het klushuis opgeruimd en eten we na ons driegangenmenu nog een lekker stukje appeltaart. We kijken tevreden terug op de voortgang van de verbouwing. 

Het liefste zouden we hier in het klushuis blijven om verder te gaan maar er is ook het gemis van onze kat Rosso en mijn moeder en schoonouders in deze rare tijden van de Corona crisis.

Zondag 22 maart 2020

Met gemengde gevoelens nemen we afscheid van het klushuis. Wanneer zullen we hier weer zijn? 

Om 07.30 uur rijden we weg. Lege wegen en nergens controle. Ook als we de tolweg op gaan een hele lege snelweg. Uren rijden we en af en toe komen we alleen een vrachtauto tegen op de snelweg. Het is onwerkelijk maar het schiet natuurlijk ook lekker op.


Bij Chiasso komen we aan bij de grens met Zwitserland. Er is niemand op de weg en we rijden alleen op de grenspost af. Eerst een Italiaanse grenspost. Er staan twee beambtes met mondkapjes en handschoenen. De één wenkt stoppen en de ander wenkt doorrijden, huh?! Ok, we rijden enkele meters door naar de Zwitserse grenspost, we stoppen voor de pionnen. Hier staat een nors kijkende beambte zonder mondkapje. Hij vraagt van alles; waar komen jullie vandaan, hoelang zijn jullie daar geweest, waar gaan jullie naartoe? Uiteindelijk spreekt hij ons streng toe; vandaag mag je door Zwitserland rijden maar je mag niet stoppen of er volgen zware consequenties. Ook zegt hij dat de Duitse grens gesloten is. Hij controleert of de tank vol zit en haalt daarna de pionnen weg. We mogen doorrijden. Pfff, dat was toch wel even spannend. Maar we mogen doorrijden. Het eerste gedeelte in Zwitserland is er ook bijna niemand op de weg. 

Pas bij Bazel wordt het iets drukker. We stoppen niet in Zwitserland en rijden toch naar de Duitse grens. Op ANWB twitter hebben we niets gelezen dat je niet door Duitsland kunt rijden en we willen vandaag niet de route Frankrijk, Luxemburg, België rijden omdat we dan extra veel grensposten hebben en omdat in Noord Oost Frankrijk een grote Coronabrandhaard is.

Ook bij de Duitse grens is er niemand op de weg. We rijden op de grenspost af en de beambte wenkt ons tot stoppen. Hij vraagt onze paspoorten en we zeggen dat we onderweg zijn naar Nederland, naar huis. Hij vraagt of we op vakantie zijn geweest in Zwitserland en we beamen dit. “ok”, zegt hij, "je mag door maar jullie moeten de kortste route naar Nederland rijden".
In Duitsland moeten we natuurlijk wel een keer stoppen om te tanken en hier eten we ook onze pastamaaltijd uit onze mobiele oven die lekker heeft staan opwarmen in de auto. In Duitsland is het wel drukker op de wegen.
Bij de Nederlandse grens is er niets bijzonders te zien. We vragen ons wel af hoe hard we mogen rijden want was de maximum snelheid niet net veranderd? Dat klopt maar dat geldt alleen voor overdag dus ook hier kunnen we lekker doorrijden.


14,5 uur nadat we vertrokken zijn uit San Pietro rijden we op zondagavond onze straat in Den Haag in. Een record, zo snel hebben we nog nooit gereden. 

Snel laden we de bus uit en gaan we ons bed in.

Maandag 23 maart. Vanmorgen halen we eerst kat Rosso op bij zijn oppassers, de ouders van Peter. Omdat ze 80 en 85 jaar oud zijn nemen we voorzorgsmaatregelen. We bellen hen als we met de bus op de parkeerplaats staan. Zij zetten alle spullen en de kat in zijn hokje buiten en gaan weer naar binnen. Wij laden daarna alles in en via de straat die grenst aan hun achtertuin kunnen we daarna op een paar meter afstand nog even gedag zeggen. Het is een rare situatie maar het is niet anders.
Als we terug zijn in Den Haag is Rosso al snel weer gewend. Lekker buitenspelen kan hij weer en daarna lekker lui slapen op zijn krabpaal.


’s Middags wordt Peter gebeld door zijn werkgever. Het management heeft nogmaals zijn casus besproken. Er zijn nieuwe inzichten van het RIVM dat fitte sportieve mensen mogelijk zelf niets merken van het Coronavirus en het toch bij zich kunnen dragen. Daarom hebben ze alsnog besloten dat hij morgen nog niet op dienst mag komen. Aan het einde van de week zullen ze weer contact opnemen om te vragen hoe hij zich voelt en dan wordt besloten of hij zaterdag wel dienst moet doen.
Ik kan thuis werken aan mijn scriptie “advies inzettactiek vliegtuigbrandbestrijding” en hopelijk dit jaar dan echt afstuderen. Via Skype houd ik contact met mijn collega’s van Schiphol. Naast alle gezondheidsissues die er spelen om de vitale brandweer organisatie door te kunnen laten gaan zijn het ook roerige economische tijden. We hopen er maar het beste van.
Voorlopig blijven we allebei thuis want dat is het beste wat we nu kunnen doen. 

En nu maar hopen dat de Corona situatie in Nederland niet zal verslechteren.

Wanneer zullen we weer naar Italië kunnen vragen we ons af… Het land waar inmiddels ruim 6000 doden zijn te betreuren door het Coronavirus. Het doet ons veel.



We hadden tot eind juni nog twee klusvakanties gepland maar het zou een wonder zijn als die door zouden kunnen gaan. 

Maar ik geloof in wonderen als ik de foto’s en filmpjes bekijk van die mooie zonsopkomsten iedere ochtend in San Pietro.



  ️ andra’ tutto bene, alles zal goedkomen!